Aangezien we beiden het boek van William Dalrymple “White Mughals” hebben gelezen, dat zich in Hyderabad afspeelt, wilden we daar allebei zeker een bezoekje brengen. Hyderabad laat zich in een notendop kenmerken als volgt… Het is de laatste plaats waar de Mughalcultuur grote bloei kende. Een plek die vaak eerder op het Midden-Oosten lijkt dan op het centrum van India. Een Indo-Islamitisch oord bekend om haar keuken en dan vooral om haar Hyderabadi Biryani.
Op 23 maart komen we ‘s avonds laat aan in Hyderabad. De volgende dag bezoeken we eerst Osmania General Hospital en het High Court. Daarna bezoeken we Char Minar en de bazaartjes er rond. Maar om één of andere reden is het me daar plots allemaal te veel. Het is hier blijkbaar 41 graden en de drukte, die helemaal niet zo druk is als in het Noorden, is plots ondraaglijk. Elke Indiër die vanuit zijn winkeltje roept “Yes M’am”, “Look my shop, look my shop”, “Bangles bangles”, … heeft de kans om de volle lading over zich te krijgen. Ik heb het gevoel dat ik me een weg moet banen door de stad en we besluiten soelaas te zoeken in de air conditioning van onze kamer.
Het wordt al snel duidelijk waarom het allemaal te veel was: ik ben voor de verandering weer ziek geworden en ik blijk zieker dan ik mezelf wou toegeven. Jochei :-). Ik had immers gehoopt dat het uitputten van mijn doosjes immodium, motilium, buscopan en dafalgan me er zo weer bovenop zouden helpen. Blijkbaar had ik echter meer -ummen en -annen nodig dan ik dacht. Ik blijf dus lekker in mijn bed liggen en geniet van film na film tot we de volgende avond bij vrienden van papa (Ram en Ekta) gaan eten. Het doet wel eens deugd om bij mensen thuis ontvangen te worden en een home cooked meal te hebben. Spijtig genoeg ben ik nog steeds ziek en kan ik niet veel proeven van al dat lekkers. Gelukkig hebben ze alle begrip en hoef ik me niet slechter te voelen dat ik daar wat ziekjes en gedrogeerd zit.
Aangezien ik ziek ben, stelt Ram ons wel voor om de volgende dag enkele dingen te bezoeken met hun chauffeur. Dat aanbod nemen we graag aan, anders zou ik niet veel kunnen zien in Hyderabad. De volgende dag komt de chauffeur ons aan het hotel ophalen en we worden naar Golconda Fort en Qutb Shahi Tombs gebracht. Dat doet eigenlijk wel deugd eens in een air conditioned auto rondgereden te worden :-). Het is wel een ander gevoel dan met de rickshaw rondrijden. De drukte is precies veel verder weg en het is precies een heel ander India. Heel bizar. Het is zeker een ander India als de chauffeur ook even met ons door Cyberabad/Hightech City rijdt met al haar hypermoderne gebouwen.
In de namiddag ziek ik nog wat uit en de volgende dag kom ik nog even mijn bed uit om Chowmahalla Palace te bezoeken. Eindelijk kan ik dan wat deftig rondlopen in de stad en kan ik er ook wat van genieten. Op 28 maart moeten we een trein nemen naar Kovalam, Kerala. Maar eerst komt Ram’s dokter me even andere medicijnen voorschrijven, want ik begin het ziek zijn stilletjes aan beu te worden. Hoewel het een geweldig dieet is, begin ik toch ook mijn krachten en gemoed te verliezen. De dokter schrijft spotgoedkope medicijntjes voor en na een dag in de trein en mijn medicijntjes voor één keer in mijn leven te nemen zoals het hoort, kom ik er geweldig goed door. Eindelijk helemaal genezen en weer terug zo druk als voorheen :-). Maarten vraagt zich diep vanbinnen wellicht af waarom hij nu weer die medicijnen is gaan halen…